Home

Als de stemmen zwijgen - 2025 Stadsgedicht 02 - MttS - Illustratie door Ina Zwart

Voorzijde ansichtkaart met illustratie door Ina Zwart Achterzijde ansichtkaart met met gedicht Als de stemmen zwijgen door Mattijs Reinen Illustratie door Ina Zwart

Als de stemmen zwijgen


Als de Stemmen Zwijgen

*C*arillonklanken verdwenen van het plein
*E*cho's herinneren aan een vervlogen tijd
*G*een vervolg in zicht, tijd die verstrijkt
*B*eelden vervagen tot een onkreukbare lijn

*A*an zachte klanken ontbreekt de zekerheid
*C*ontouren vervagen, stil klinkt een refrein
*E*en stilte fluistert vergankelijke schijn
*G*eruis van herinneringen duurt een eeuwigheid

*F*luisterend gloort een nieuw begin
*A*ls melodie die opbouwt in klank
*C*adeau als ontknoping na een donkere nacht

*G*elukkig weerklinken van dat wat ging
*B*ij geluiden van weleer ontvangen in dank
*D*e Beverwijkers met muziek opgewacht







Illustratie: Ina Zwart is een kunstenaar met meer dan 40 jaar passie voor collages en zeefdrukken. Haar liefde voor zeefdrukken begon tijdens een tweejarige kunstopleiding, waar ze dit vak als specialisatie koos en sindsdien haar eigen unieke stijl heeft ontwikkeld. Ina is mede-oprichter van de Stichting Kunst & Cultuur Beverwijk en heeft 20 jaar lang met een kleine werkgroep de atelierroutes georganiseerd.

Haar werk is onder andere te bewonderen in de cursusruimtes van Bibliotheek IJmond Noord, waar haar zeefdrukken van Betje Wolff en Aagje Deken de muren sieren. Ina maakt deel uit van het collectief Kunst OntmoetingsPlek van Wijk aan Zee (KOP van WAZ), waar ze sinds 2018 verantwoordelijk is voor de organisatie van exposities. Het KOP Collectief is een inspirerend samenwerkingsverband van toegewijde kunstenaars. 




Enerzijds gaat het gedicht over de kroeg "'t Carillon" die er niet meer is, anderzijds over het Carillon dat na jaren te zijn opgeborgen in het zuiden van het land weer teruggeplaatst gaat worden vlakbij de entree van Beverwijk (waarschijnlijk) op het eiland in de stationsvijver. Liefst laat ik in het midden over welk van de twee het gaat zodat de interpretatie voor beide kan gelden.

Het is een Petrarca sonnet 2x4 2x3 rijmschema ABBA BAAB CDE CDE

De beginletters van de regels in dit gedicht vormen de volgende akkoorden:
1. Eerste strofe: *C-E-G-B*  
   → Dit vormt een *Cmaj7*-akkoord (C majeur 7).
2. Tweede strofe: *A-C-E-G*  
   → Dit vormt een *Am7*-akkoord (A mineur 7).
3. Derde strofe: *F-A-C*  
   → Dit vormt een *F*-akkoord (F majeur).
4. Vierde strofe: *G-B-D*  
   → Dit vormt een *G*-akkoord (G majeur).
De opeenvolging van deze akkoorden (*Cmaj7 - Am7 - F - G*) is een klassieke harmonische progressie, vaak gebruikt in muziek. In theorie zou het op een Carillon gespeeld kunnen worden.

Dat klinkt dan ongeveer zo: Bezoek de online Chord Player

MttS

#stadsdichter